De studiedruk is hoger dan ooit. Hoe ga je daar als student mee om? Welke hulpmiddelen kun je gebruiken? En waar vind je steun als het even niet lukt? Toen Raimke Groothuizen zelf tijdens haar studietijd met deze problemen worstelde, dacht ze er nooit aan om hulp te zoeken. Dit inspireerde haar uiteindelijk om Sprookjesboek voor studenten te schrijven.
Dit boek is geen gewone handleiding, maar een verzameling sprookjesachtige verhalen waarin je leert dat het normaal is om te worstelen met studie en prestatiedruk. Met luchtige en herkenbare verhalen geeft Raimke tips aan zowel studenten als ouders om open te praten en de juiste hulp te vinden als het moeilijk wordt. Een frisse en inspirerende boodschap die een hart onder de riem biedt voor iedereen die vastloopt tijdens de studie.
Raimke Groothuizen, docent communicatie aan Avans Hogeschool, ziet veel studenten worstelen met de studiedruk. Zelf had ze hier ook last van. Haar jeugd vlakbij de Efteling bracht haar op het idee voor Sprookjesboek voor studenten. Zo konden docenten en instellingen buiten schot blijven, en werden de "slechteriken" vertaald naar kabouters en heksen.
Klik hier voor meer boekentips!
Ben jij bang om iets te missen? Er zijn ook zoveel leuke dingen om te doen: uitgaan, drankje doen…..Zeg je daarom nooit nee? Terwijl je soms eigenlijk gewoon even niets wil doen?
Redacteur Isis van @studententijd zocht uit waarom nee zeggen zo moeilijk is. Lees het hier.
Maar liefst 77% van de jongeren tussen 15 en 25 jaar, werkt. Dat is het hoogste percentage werkende jongeren in Europa, en hoger dan in de VS (52%). De meesten combineren bovendien het werk met een opleiding.
Van de 21-jarige onderwijsvolgenden werkt bijna een kwart twintig uur of meer. En een aantal wil zelfs nog meer werken. En dat is niet uit luxe. Dit geeft een ander beeld dan wat vaak gezegd wordt: lui, de hele dag op Tik Tok of langdurig op reis.
Mathijs Bouman schreef er in het Financieele Dagblad een artikel over. Klik hier.
44% zegt dat ouders stelden dat ‘een hoger opleidingsniveau tot een betere toekomst zou leiden’. 1 op de 3 (33%) heeft druk ervaren om voor een bepaalde opleiding te kiezen en ruim een kwart (27%) voelde deze druk bij de loopbaankeuze. In sectoren gezondheidszorg (30%), onderwijs (13%) en ICT, media en telecom (10%) treden mensen het meest in de voetsporen van ouders.
In hoeverre treedt werkend Nederland in de voetsporen van zijn of haar ouders? En wordt er druk ervaren vanuit ouders of anderen om voor een bepaalde opleiding of baan te gaan? Uit onderzoek van talentbedrijf Randstad blijkt dat bijna de helft (44%) aangeeft dat hun ouders stelden dat een hoger opleidingsniveau tot een betere toekomst zou leiden. 1 op de 3 (33%) heeft druk ervaren om voor een bepaalde opleiding te kiezen en ruim een kwart (27%) voelde deze druk bij de loopbaankeuze.
Opvallend is dat vooral mannen druk voelen vanuit de omgeving (30% van de mannen versus 23% van de vrouwen) en dat een groter aandeel jongeren (37%) ten opzichte van ouderen (23%) dit ervaren. Verder geven laagopgeleiden (31%) vaker aan een push te voelen om voor een bepaald beroep te gaan dan hoogopgeleiden (27%). Vooral ouders zijn hiervoor verantwoordelijk, aldus 35% van de respondenten, gevolgd door andere familieleden (29%) en vrienden (26%).
Werner Klaassen, algemeen directeur Randstad Nederland:
“Dit onderzoek toont aan hoeveel invloed ouders en anderen hebben op de opleidings- en baankeuze van werkend Nederland. Kijkend naar de huidige arbeidsmarkt is het niet zo dat hoe hoger opgeleid je bent, hoe beter je werkperspectief is. Ieder mens heeft talenten en ieder mens is een talent. Ga het gesprek aan over wat echt past bij de talenten van mensen in combinatie met waar de duurzame kansen op de arbeidsmarkt liggen.”
Werk waar je als kind van droomde
Gaan mensen uiteindelijk het beroep uitoefenen waar zij als kind van droomden?
31% van de respondenten is gaan doen waar als kind over werd gefantaseerd. De top drie meest genoemde redenen om niet te gaan voor het beroep waar je als kind aan dacht, zijn: twijfel of het zou lukken om er in terecht te komen (34%), onzekerheid of een beroep goed zou passen (31%) en twijfel om hier succesvol in te zijn (31%).
Groot deel treedt in voetsporen van familie
Iets minder dan de helft (41%) geeft aan dat meerdere familieleden in dezelfde branche werken. De gezondheidszorg (30%), het onderwijs (13%) en ICT, media en telecom (10%) zijn de vakgebieden die het meeste worden doorgegeven van ouder op kind. Uit het onderzoek komt tevens naar voren dat ‘het overbrengen van de passie voor het vak of werk’ vooral voorkomt in de branches gezondheidszorg en welzijn en het onderwijs.
Oscar van Mourik, gedragswetenschapper Randstad Nederland:
“Opvallend is dat we in dit onderzoek zien dat ook zonder gevoelde druk een aanzienlijk deel van de Nederlanders qua baankeuze hetzelfde pad bewandelt als de ouders. Blijkbaar worden talenten, vaardigheden en passie voor bepaalde vakgebieden tussen familieleden doorgegeven.”
Onderzoek onder werkend Nederland
Randstad liet dit onderzoek uitvoeren onder werkend Nederland in samenwerking met onderzoeksplatform Toluna. Resultaten van dit onderzoek zijn representatief voor de beroepsbevolking in de sectoren: horeca, bouw, transport, onderwijs, zorg, techniek en retail, vertegenwoordigd vanuit alle opleidingsniveaus, leeftijden en regio’s in Nederland.
Bron: Randstad
Hoe maak je een goede studiekeuze als je een brede interesse hebt? Judith Ros wist niet goed onderscheid te maken tussen haar talenten en de praktische toepassing ervan. Tot twee keer toe voldeed een studie niet aan haar verwachting. Totdat zij versneld het marketing- en communicatievak inrolde en koos voor doorontwikkeling als zelfstandig ondernemer. Een weg waarbij zij zich prettig voelt en waardoor zij haar eigen dromen kan waarmaken.
Judith Ros had als kind al, zoals ze zelf zegt, een enorm brede interesse. Ze vond alles leuk, had een passie voor techniek, was creatief en gek op taal. De liefde voor taal erfde zij van de familie van zowel vaders als moeders kant. Ze schreef eigen verhalen en gedichten. De creativiteit was haar ‘eigen ding’ en uitte zich in vindingrijkheid en oplossingen bedenken.
Eigenlijk wilde Judith elke dag wat anders doen, ook als zij aan later dacht. In haar hart was zij jaloers op haar broer. “Hij wist precies wat hij wilde worden: boer. En deed daar ook een opleiding voor. Uiteindelijk is hij salesmanager geworden bij een machinefabriek die onder andere actief is in de agrarische sector. Maar als hij nu de kans zou krijgen alsnog boer te worden, dan zou hij het doen.”
Welke opleiding ben jij gaan volgen?
Taal werd de rode draad in het leven van Judith. Ze wilde na de havo hiervan haar vak maken en koos voor de lerarenopleiding Nederlands op Hogeschool Windesheim in Zwolle. “Na drie maanden had ik er alweer ‘tabak’ van. Dit moment kwam toen ik stage moest lopen en lesgaf aan 6-vwo-leerlingen. Ik was net zo oud als deze pubers, dat werkte niet. Achteraf gezien gaf ik meer om de taal zelf dan dat ik voor de klas wilde staan. Ik ben met de opleiding gestopt en ingestroomd bij de pabo. Het overbrengen van kennis vond ik heel leuk en heb dit twee jaar gedaan, totdat ik opnieuw na een stage, ditmaal bij kleuters, tot de conclusie kwam dat het vak leraar niet geschikt was voor mij. Ook met deze opleiding stopte ik.
Na twee afgebroken studies vroegen mijn ouders fronsend: ‘wat is je plan?’.
Ik wilde het liefst direct aan het werk, maar starten zonder enig diploma is niet de meest handige manier. Daarom ben ik gaan kijken naar een vervolgopleiding met drie criteria in mijn hoofd: in de buurt van thuis in Twente, een korte beroepsopleiding om snel daarna te kunnen gaan werken en qua inhoud enigszins aansluitend bij mijn interesse. Ik kwam uit bij marketing en communicatie. Ik volgde met plezier de praktische mbo-opleiding met twee leuke stages én behaalde een diploma ter afsluiting.”
Hoe kijk jij terug op deze periode?
“Als ik terugkijk, weet ik zeker dat ik met goede begeleiding eerder een opleiding had kunnen vinden die beter bij mij paste. De keuze om leraar te worden kwam voort uit de liefde voor taal. Als bijvoorbeeld een decaan meer had doorgevraagd over het lesgeven, had ik zeker bedacht dat dat niet mijn ding was. Ik heb zelf ook geen hulp gezocht, bezocht een open dag en dacht meteen ‘leuk, dat ga ik doen’. Het had mij meer geholpen als iemand mij gewezen had op mijn unieke vaardigheden als mens.
Haar vrienden snapten destijds niet dat Judith voor het vak van Leraar Nederlands koos. Haar ouders vonden het prima.
“Ondanks het stoppen met twee studies, zei mijn moeder ‘jij komt er wel’. Ze zag dat ik eigenwijs was en mijn weg zelf wilde ontdekken. Dat vertrouwen van huis uit heeft mij geholpen. Je voelt je gesteund als wordt gezegd: ‘’t komt goed’.”
Wat ben je na jouw opleiding gaan doen?
“Na de marketingopleiding ben ik direct gaan solliciteren. Ik vond een baan in online marketing in Oldenzaal. Gedurende mijn werk ontdekte ik mijn talenten en heb ik mijzelf steeds verbeterd. Nu ben ik sinds drie jaar zelfstandig online marketeer voor bedrijven. Ik adviseer onder andere op het gebied van strategie, vindbaarheid, SEA, conversieoptimalisatie en content. Ik werk rechtstreeks voor eindklanten en samen met reclamebureaus.”
Ben jij blij met jouw gekozen weg?
“De afgelopen drie jaar zijn voorbijgevlogen. Als zelfstandige heb je de vrijheid om het op je eigen manier te kunnen doen. Daar voel ik mij prettig bij. En het klinkt misschien gek, maar ik weet niet of ik dit werk over vijf jaar nog doe. Ik heb nog steeds een brede interesse en houd van verandering. Ik heb het rotsvaste vertrouwen dat er altijd wel iets op mijn weg komt wat ik leuk vind. Ik heb de vrijheid om een zijsprongetje te maken.”
Judith onderbouwt haar uitspraak met het feit dat ze onlangs is benaderd door de beroepsopleiding online marketing met de vraag of ze daar wil komen lesgeven en meedenken over de inhoud van de lessen. “Die kans kan ik pakken, dat geeft mij rust. Ik gedij het beste bij vrijheid en onafhankelijkheid. Dan ben ik niet zo snel verveeld. Mijn omgeving steunt mij hierin. Mijn moeder heeft altijd geroepen ‘jij gaat voor jezelf beginnen’, terwijl ze als moeder zijnde ook haar bezorgdheid uitte over een meer onzeker bestaan dan in loondienst. Net zoals mijn ‘grote’ broer.” De moeder van Judith is helaas overleden. Judith is er trots op dat zij nog wel de eerste stappen van haar zelfstandig ondernemen heeft mogen meemaken.
Wat raad jij jongeren aan die een studiekeuze gaan maken?
“Het is heel belangrijk om je hart te volgen. Een keuze maken puur op ratio is misschien veilig, maar van die je met je hart maakt word je het gelukkigst. En als je iets heel graag wilt, dan is alles mogelijk. Onderzoek serieus wat de weg is om bij jouw droom te komen, ga ervoor maar zorg ook voor een plan B. Blijf geloven in jouw eigen droom!”
P.S.: Een droom van Judith is om een boek te schrijven. Die gaat er zeker komen!